Skip to content 
donau
juni 2010

Fietsen langs de Donau van Wenen naar Boedapest

Nadat we langs de Donau van Passau naar Wenen zijn gefietst, vervolgen we onze tocht langs de Limes (de noordgrens van het Romeinse rijk) in de richting van Slowakije en Hongarije. Ons voorlopige doel is Boedapest, dat we langs een omweg via het Balatonmeer en de poesta zullen bereiken. We willen op deze tocht, die drie hoofdsteden met elkaar verbindt, namelijk iets meer van Hongarije zien dan alleen de dijken en dorpen langs de Donau op het korte traject van Györ naar Boedapest.

Naar Slowakije

Onze fietsroute voert eerst dwars door de Oostenrijkse hoofdstad Wenen, grotendeels over fietspaden, en is goed aangegeven, maar toch missen we een afslag en in het havengebied ten oosten van de stad moeten we moeizaam via een voetgangersbrug over een kanaal heen klimmen om het fietspad te bereiken. Even later kiezen we op het Donau-insel per ongeluk een doodlopend fietspad langs de rivier in plaats van de brug over te gaan – gelukkig worden we aangehouden door een vriendelijke fietsende Oostenrijker, die aan onze beladen fietsen ziet dat we naar Bratislava willen en ons terugstuurt. Het is niet de eerste keer dat we in Oostenrijk zo attent worden geholpen; zodra we met een twijfelende blik op een kruispunt staan, worden we aangesproken door hulpvaardige mensen.

Carnuntum

We zoeken onze weg tussen een enorme olietankopslag en een waterkrachtcentrale en belanden uiteindelijk weer op de dijk, die dwars door een groot, bosrijk uiterwaardengebied loopt, de Donau-Auen. We steken met een snel pontje de Donau over omdat we de resten van de Romeinse stad en legerplaats Carnuntum willen bekijken, de grootste Romeinse opgravingen in Midden-Europa. Ooit was dit het kruispunt van de grote handelsroutes van west naar oost (Donau) en van noord (Oostzee) naar zuid (Middellandse Zee). De Heidentor langs de Limesweg oogt nog steeds als een machtige boog in het vlakke landschap, en we vragen ons af hoe dit eenzame bouwwerk zo veel eeuwen van plunderingen en oorlogen heeft overleefd. We bezoeken ook het fraai gelegen, geheel verlaten amfitheater. Het dorp Petronell heeft zich enthousiast op het Romeinse verleden gestort met een themapark met gereconstrueerde huizen en thermen, maar dat is al gesloten als we het passeren.

carnuntum
Het amfitheater van Carnuntum

Bratislava, Slowakije

Over een stille, smalle weg door de velden naderen we de Slowaakse grens. In de verte zien we Bratislava (Pressburg in het Duits) liggen. De stad oogt als een typische Oostblokstad met enorme, grauwe flatwijken aan de westzijde. We gaan op zoek naar de camping, maar dat valt nog niet mee. Volgens het routeboekje zou die op 2,5 km buiten het centrum liggen, maar dat blijkt 9,1 km te zijn, zo vertelt de navigatie op onze telefoon ons, en de route voert over een drukke, slechte weg vol straatvuil, gaten en kuilen, omzoomd door de grauwst denkbare flatcomplexen. Wat een overgang na het aangeharkte Oostenrijk... De beheerder van de camping zet de fietsen achter slot en grendel en wijst ons de half onttakelde doucheruimte van dit voormalige arbeidersvakantiekamp, waar liefhebbers van Sovjetnostalgie volop aan hun trekken komen. Met een fles Oostenrijkse wijn proberen we bij te komen van deze iets te abrupte kennismaking met het Nieuwe Oost-Europa.

snacks
Snackbar in Slowakije

De volgende ochtend blijkt het centrum van Bratislava zich geheel aan het grauwe verleden ontworsteld te hebben. In een enorme Spic & Span-operatie zijn alle gebouwen opgefrist en piekfijn gerestaureerd. Het wemelt er dan ook van de toeristen, die hier niet alleen voor fraaie architectuur komen, maar ook voor de talloze kroegen met goedkope drank. Grote groepen Engelsen worden elk weekend met Ryanair aangevoerd en vinden op een koopje onderdak in het reusachtige hotel Kiev in glorieuze Sovjetstijl, zo meldt de reisgids. We maken een rondje door het centrum, dat overigens niet groter is dan dat van een bescheiden provincieplaats, en vervolgen onze route langs de Donau. Het is zondag, en we ontdekken dat skaten en skeeleren blijkbaar de nationale sporten zijn, want op de dijk passeren we werkelijk honderden sportievelingen op rolschaatsen. Een fikse rugwind blaast ons razendsnel het land uit, nadat we bij een snackbar langs de dijk nog een kop koffie hebben gedronken – onze enige betaalde consumptie tijdens dit bliksembezoek aan Slowakije. Voor we het goed en wel beseffen passeren we de Hongaarse grens op een verlaten landweg, die jarenlang afgesloten is geweest. "Magyar Köztársaság" meldt het landenbord langs de weg.

Györ, Hongarije

We rijden langs een onttakeld winkelcentrum, ooit een trefpunt van grensverkeer. Nu rijdt iedereen over de snelweg, een paar kilometer verderop. Pas als we een drankje willen kopen, realiseren we ons dat we het eurogebied hebben verlaten; we moeten een paar kilometer terugrijden naar de geldautomaat om forinten te trekken. De dorpen hier hebben verder weinig voorzieningen en zijn opmerkelijk landelijk en eenvormig: een brede straat met aan weerszijden een greppel, een smal voetpad en daarlangs bescheiden vrijstaande huizen met een keurig erf. We vinden een plekje voor de tent in een buitenwijk van de stad Györ, waar een vriendelijke baas zijn ruime achtertuin tot een gezellige minicamping heeft omgebouwd. Györ blijkt ook al verrassend gezellig, met een mooi centraal plein waar de inwoners flaneren en voetgangersstraten vol fris geschilderde barokgevels, allemaal fraai verlicht.

De zondvloed van Pannonhalma

We houden de Donau een tijdje voor gezien en buigen na Györ af naar het zuiden, richting Veszprém en het Balatonmeer. Als we op het terras van het restaurant van de abdij van Pannonhalma goulashsoep zitten te eten betrekt de lucht razendsnel en breekt er een daverend onweer los. Als het na een uurtje weer droog is, fietsen we verder, maar dan is het opnieuw raak. Zo'n zondvloed hebben we nog nooit meegemaakt en we zijn blij dat we nog net op tijd in een benzinestation kunnen schuilen, al vrezen we voor het dak, dat dreigt te bezwijken onder het water en de rukwinden.. Doordat er al eerder extreem veel regen is gevallen, is de bodem helemaal verzadigd en stroomt het water in razende vaart van de akkers de weg op. De straten in het dorp zijn in modderbeken veranderd en de brandweer is druk bezig te redden wat er te redden valt. Voorzichtig laveren we door de dorpen, waar de bewoners somber bij hun ondergelopen huizen en erven staan.

Het Balatonmeer

Door een licht heuvelig landschap rijden we met af en toe een klimmetje richting Pápa en door de bosrijke Bakonyheuvels met een paar serieuze hellingen naar Veszprém, een aardige stad met een hooggelegen burchtwijk, waar een ijzige wind door de straten loeit. We kunnen de camping niet vinden, al staan we er volgens de navigatie slechts 20 meter vandaan. Aha, de camping ligt boven op een steile rots boven ons, maar de weg erheen vinden we pas na een half uur zoeken. En dan is die camping ook nog gesloten. Gelukkig is er tegenover de verlaten receptie een vriendelijk hotel met goede kamers, goed eten en goede Hongaarse wijn.
Op reis is er weinig deprimerenders denkbaar dan een badplaats bij slecht weer, en dat geldt ook voor het kuuroord Balatonfüred aan het Balatonmeer. Het waait en het is koud; de toeristen slenteren in truien en jassen rond langs verlaten terrassen, terwijl de golven tegen de boulevard slaan.

Tihany

Op het schiereiland Tihany slagen we erin een mooi appartement te vinden, vanwaar we wandelend de bosrijke en nogal modderige omgeving verkennen, deels door een natuurreservaat met vulkanische resten te vinden in de vorm van vulkaankegels en twee kratermeren. Alles bij elkaar een mooie omgeving, veel aantrekkelijker dan de andere plaatsen die we langs het verder weinig inspirerende Balatonmeer tegenkomen. De kerk van Tihany is ook een bezoekje waard vanwege het interieur en het graf van koning Andreas I uit de 11e eeuw, dat door drommen Hongaarse toeristen wordt bezocht.

Paprika's en poesta

Even ten zuiden van het Balatonmeer zien we langs de rivier de Siò een fietspad met een bordje Ozora. Dat komt goed uit, want daar moeten we precies naartoe. We schieten lekker op, maar na 10 km is het uit met de pret. Het superglad geasfalteerde fietspad houdt opeens op, precies op de provinciegrens. Fijn dat er nog een bord "einde fietspad" staat, anders hadden we het niet geloofd. Dezelfde weg terug maar weer... We rijden nu door de vlakte, waar volop paprika's worden geteeld, en willen een afkorting richting Simontornya nemen. We vragen de weg aan een vriendelijke dorpeling en maken uit zijn enige begrijpelijke woorden "Puszta no!" op dat onze voorgenomen route geen optie is. Dan maar over de gewone doorgaande weg, zo komen we in elk geval waar we willen zijn.

Terug bij de Donau: Kalocsa

Over rustige wegen peddelen we door een weinig spectaculair landschap door weinig spectaculaire dorpen en stadjes. Toch is het best aangenaam fietsen hier, in een zeer landelijke streek waar het moderne leven maar langzaam lijkt door te dringen. We stuiten weer op de Donau, die we bij Paks met de veerpont oversteken, op weg naar Kalocsa, het streekcentrum met een paprikamuseum en een barokke kathedraal met een orgel waarop de Hongaarse componist Franz Liszt nog heeft gespeeld. We hebben geluk, want een organist geeft net een spectaculaire demonstratie van het machtige orgelgeluid.

In Kiskörös treffen we een camping met warme heilzame baden waarin de hele kamperende meute senioren elkaar treft. In het belendende, spotgoedkope restaurant verorberen we grote borden varkensvlees en goulash met halve liters bier, opgediend door kortgerokte serveersters en begeleid door een onvermoeibare organist die populaire deuntjes speelt. Dit is Hongarije op zijn best! Overigens is bestellen in een Hongaars restaurant niet lastig: een menukaart is gewoon Eetlap.

Naar Boedapest

We buigen nu terug naar het noorden door de dunbevolkte poesta en volgen de Donau een stuk stroomafwaarts, richting Boedapest. Het weer zit nu mee: de zon schijnt en de wind waait uit het zuidoosten over de vlakte, zodat we goed opschieten. Op een weggetje langs een afgedamde Donau-arm passeren we duizenden buitenverblijven van inwoners van Boedapest; vissen blijkt een populair tijdverdrijf hier.

Hoog water

Aangekomen in Boedapest zien we met vele duizenden andere belangstellenden dat de Donau buiten zijn oevers dreigt te treden, wat ons niet echt verbaast, na alle regenval van de afgelopen tijd. Het water staat nog maar een paar centimeter onder de kademuur en stijgt nog steeds, zo te zien. Tijd om op het vliegtuig naar huis te stappen...

Gefietste etappes

Etappe Km*
1. Klosterneuburg (Wenen) – Bratislava 112 km
2. Bratislava – Györ 97 km
3. Györ – Pápa 83 km
4. Pápa – Veszprém 74 km
5. Veszprém – Tihany 38 km
6. Tihany – Vajta 115 km
7. Vajta – Kiskörös 89 km
8. Kiskörös – Dunavarsány 116 km
9. Dunavarsány – Boedapest 73 km
Totaal 797 km

**Inclusief omwegen voor boodschappen etc.