Het industriële erfgoed rond Bochum en Essen
Het Ruhrgebied: Route der Industriekultur
Na de ondergang van de zware industrie en de sluiting van de kolenmijnen bleven er in het landschap in het Duitse Ruhrgebied enorme littekens achter: lege fabriekshallen, afvalbergen, mijninstallaties. Met grote voortvarendheid zijn die de afgelopen jaren omgevormd tot bijzondere landschapskunst en cultuurcentra en in de Route der Industriekultur met elkaar verbonden. Als je deze route met de auto of de fiets volgt, ontdek je al snel dat het Ruhrgebied geen grauw, walmend industriegebied meer is, maar een verrassend groen stadslandschap waar van alles te ontdekken valt. Wij fietsten enkele trajecten van de 700 km lange Route der Industriekultur per Rad, die grotendeels over fietspaden langs de attracties slingert.
Siedlung Margarethenhöhe
Door de veelheid aan grote en kleine bezienswaardigheden valt het niet mee te bepalen wat je precies wilt gaan bekijken, zelfs niet aan de hand van het routeboek Route Industriekultur per Rad, een onontbeerlijke gids in dit gebied, die om uitvoerige bestudering vraagt. We nemen eerst een kijkje in de Siedlung Margarethenhöhe in Essen, een welhaast idyllische woonwijk die begin twintigste eeuw door de firma Krupp werd opgezet. Deze groene oase, grenzend aan een fraai rivierdalletje, ademt nog altijd een landelijke sfeer, met dorpse huizen en straten. In de Tweede Wereldoorlog werd de wijk vrijwel verwoest, maar na de oorlog is die weer geheel opgebouwd.
Grugapark en Villa Hügel
We maken een wandeling in het fraai aangelegde Grugapark (toegang € 4), met een orangerie en een botanische tuin. Er staat ook een opvallend huis van de Oostenrijkse kunstenaar en architect Hundertwasser, zijn laatste werk, dat in 2005 werd voltooid. Er zijn in het park cafés en restaurants waar je kunt koffie drinken of lunchen. We vervolgen onze fietstocht over het traject van de tot fietspad omgebouwde Grugaspoorweg en klimmen gestaag naar de Villa Hügel, waar tussen 1873 en 1945 drie generaties van de fabrikantenfamilie Krupp woonden.
De villa is beslist een bezoek waard, alleen al vanwege de prachtige inrichting. Een permanente tentoonstelling geeft een overzicht van de geschiedenis van de familie Krupp en de firma Krupp, het staal- en wapenconcern dat ooit het grootste van Europa was en de belangrijkste leverancier van oorlogstuig aan de Duitse Wehrmacht in de Hitlertijd was. Vanuit het enorme park rond de villa hebben we een weids uitzicht over het Ruhrdal.
Folkwang Museum
Wie geïnteresseerd is in kunst van de 19e en 20e eeuw, mag het nabije Folkwang Museum aan de Alfredstraße in Essen eigenlijk niet overslaan. Dit is weliswaar geen industriecultuur, maar alleen al de moderne architectuur van dit museum is de moeite waard. In dit niet al te grote museum (een bezoek van twee uur volstaat), dat onlangs met een prachtige nieuwe vleugel is uitgebreid, komen de kunstwerken dankzij de uitgekiende lichtinval door de grote ramen prachtig tot hun recht. Je vindt hier werken van schilders als Van Gogh, Max Beckmann, Gauguin, Rothko en Picasso, en ook een aantal aansprekende beelden van Rodin.
Zeche Zollverein
De volgende ochtend bezoeken we een van de hoogtepunten van de hele Route der Industriekultur; de Zeche Zollverein, die op de Unesco-werelderfgoedlijst staat en eind jaren twintig in Bauhausstijl werd gebouwd. Deze mijn (Zeche) gold niet alleen als de modernste, maar ook als de mooiste ter wereld. In 1986 werd de mijn stilgelegd, en nu zijn hier een bezoekerscentrum, het Ruhrmuseum (een ontwerp van Rem Koolhaas) en een designmuseum gevestigd. We hebben ons aangemeld voor een rondleiding (reserveren verplicht) door de voormalige gebouwen van schacht 12, die zeer de moeite waaard blijkt. Het hele verwerkingsproces van ruwe steenkool tot eindproduct wordt duidelijk verteld door de gids tijdens een rondgang langs de indrukwekkende installaties, en als beloning voor de klim naar het dak wacht daar een schitterend uitzicht over het centrale Ruhrgebied. Zeker aan te bevelen!
Kokerei Zollverein
Niet ver van de Zeche Zollverein staat de gigantische voormalige Kokerei Zollverein, een cokesfabriek waar tot 1993 in 304 ovens enorme hoeveelheden cokes werden gefabriceerd. De gereinigde steenkool werd gebruikt in de hoogovens in het Ruhrgebied, tot de staalcrisis van de jaren tachtig en negentig. De voormalige fabriek is bijna een kilometer lang, en het zicht op de deels roestige installaties is tegelijk spectaculair en ietwat luguber, nu al het leven eruit is verdwenen. Ooit werkten hier 900 mensen, die dagelijks 8000 ton cokes en 3 miljoen kubieke meter gas produceerden.
Schurenbachhalde
De mijnen in het Ruhrgebied produceerden enorme hoeveelheden afval, dat op grote hopen werd gestort. Deze afvalbergen van vaak wel 100 m hoog, Halden genaamd, zijn nu in het landschap ingebed en met struiken en bomen begroeid. We beklimmen de Schurenbachhalde, waarvan het plateau geheel kaal is gehouden, op een stalen kunstwerk van de beeldhouwer Richard Serra na. Vanaf deze open vlakte hebben we een spectaculair uitzicht van 360 graden over het Ruhrgebied. Ook andere afvalbergen zijn met kunstwerken of lichtinstallaties opgesierd, zoals de Halde Rungenberg en de Halde Hoheward.
Metamorfose
Via het fietspad langs het Rhein-Herne-Kanal en het voormalige traject van de op een hoge dijk gelegen Erzbahn keren we terug naar Essen, Onderweg komen we steeds weer verrassende kunstwerken, fraai ontworpen bruggen en andere bouwkundige staaltjes uit heden en verleden tegen. In twee dagen is ons duidelijk geworden dat weinig gebieden in Europa zo'n dramatische metamorfose zullen hebben ondergaan als het Ruhrgebied in de afgelopen decennia. Voor iedereen met belangstelling voor architectuur, industrieel erfgoed of zelfs (nieuwe) natuur is een bezoek aan het Ruhrgebied de moeite waard.